In verband met de bespreking van de Derde voortgangsrapportage Wet DBA heeft AFNL-NOA afgelopen maand een brief gestuurd aan de Vaste Kamercommissie Financiën. Er zijn nog veel problemen en onduidelijkheden rondom de uitvoering en handhaving van de wet DBA. Voorzitter Gesthuizen heeft de Kamer verzocht om samen met opdrachtgevers en opdrachtnemers uit sectoren waarin veel zzp-ers werkzaam zijn de discussie aan te gaan om de problemen te bespreken.

De Wet DBA (Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties) is bedoeld om een beter onderscheid te kunnen maken tussen zzp’ers en mensen in loondienst en om verkapte dienstbetrekkingen van zelfstandigen tegen te gaan. Maar er blijven onduidelijkheden bestaan, omdat de arbeidswetgeving niet past bij de huidige praktijk voor opdrachtgevers en opdrachtnemers.

Wet is niet eenduidig te handhaven

Het debat rond de Wet DBA is eind vorig jaar helaas gestrand. De wetgeving is er, maar er wordt nog niet gehandhaafd. Naar aanleiding van het rapport van de commissie Boot is een streep door de visie en werkwijze van de Belastingdienst gezet. Hoewel de commissie wel degelijk kansen zag voor de zogenaamde ‘modelovereenkomsten’, bleken er ernstige gebreken te zijn. Er zou onder meer teveel worden gefocust op het letterlijke contract en te weinig op de maatschappelijke context, zoals de positie van de contractpartijen en de uitvoering van het contract in de praktijk.

Beleidsvarianten voor invulling criteria

De ambtelijke commissie die toen aan de slag is gegaan heeft, na overleg met deskundigen en betrokken partijen, geconcludeerd dat er geen eensluidende visie te construeren is over het maatschappelijk beeld van een arbeidsverhouding. Dit vanwege de grote verschillen (fiscaal, civielrechtelijk en sociaalrechtelijk) tussen werknemers en zelfstandigen. De commissie heeft tien beleidsvarianten beschreven waarmee aan de vier criteria, t.w. vrije vervanging, gezagsverhouding alsmede de uitvoerbaarheid en handhaving, een concretere of andere invulling kan worden gegeven zodat deze beter aansluiten bij het huidige maatschappelijk beeld van een arbeidsrelatie.

Verschil zzp-er en ozp-er moet duidelijk worden

Na bestudering van de tien varianten kwam AFNL-NOA tot de conclusie dat er geen enkele variant is die positieve effecten oplevert voor alle vier voornoemde criteria. Er zijn meer belemmeringen dan mogelijkheden. We blijven ons daarom op het standpunt stellen dat een echte zzp-er een ondernemer zonder personeel (ozp-er) is en als ondernemer zelf werk aanneemt en uitvoert. Deze ondernemer is verantwoordelijk voor de geleverde prestatie en factureert zelf. Een zzp-er die zich door een uitzendbureau laat uitlenen is geen ondernemer, aangezien hij geen invloed heeft op de keuze van de opdrachtgever noch het tarief, en niet verantwoordelijk is voor de kwaliteit van de uitgevoerde werkzaamheden.

Problemen gezamenlijk bespreken

AFNL-NOA doet daarom wederom een vriendelijk doch dringend beroep op de Kamer om de discussie aan te gaan met opdrachtgevers en opdrachtnemers uit sectoren waarin veel zzp-ers werkzaam zijn. Wanneer wij met elkaar kunnen spreken over de uitvoerbaarheid en handhaving van de Wet DBA, kan aan een gezamenlijke oplossing worden gewerkt. Daarna kunnen verdere stappen worden gezet naar een nieuwe definitie van het begrip ozp-er.

Onze brief aan de voorzitter en leden van de Vaste Commissie Financiën van de Tweede Kamer der Staten-Generaal is te downloaden.

Onderzoek 'Eerder stoppen met werken' laat stof opwaaien

Na de presentatie van het EIB-onderzoek ‘eerder stoppen met werken voor zware beroepen’ staat de telefoon bij AFNL-NOA roodgloeiend. Journalisten van dag- en weekbladen, nieuwswebsites en actualiteitenprogramma’s willen er meer over weten. Ook andere brancheorganisaties met zware beroepen roepen nu op om werknemers eerder te laten stoppen met werken.

In de media

Het EIB-onderzoek, waarvoor cao-partijen Afbouw opdracht gaven, vindt inmiddels steun bij diverse brancheorganisaties. De mogelijkheden voor werknemers om met een zwaar beroep eerder te stoppen met werken kwamen meermaals in het nieuws. Onderstaand bieden we graag een selectie van nieuwsberichten die over dit onderwerp zijn geplaatst:

Kamervragen en plenair debat

Bart van Kent, Tweede Kamerlid namens SP heeft schriftelijke vragen gesteld aan Jetta Klijnsma, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Door Groen Links is een plenair debat aangevraagd over vervroegd pensioen voor zware beroepen. De datum van het plenair debat moet nog bepaald worden.

Jaco Uittenbogaard nieuwe directeur Aannemersfederatie Nederland

Per 1 september 2017 wordt Jaco Uittenbogaard de nieuwe directeur van Aannemersfederatie Nederland Bouw en Infra; de koepelorganisatie voor het midden- en kleinbedrijf in bouw en infra. Uittenbogaard volgt Wim de Boer op die eind van dit jaar afscheid neemt als directeur van de AFNL.

Drs. Ing. J.C. (Jaco) Uittenbogaard (54) zal de Aannemersfederatie  verder op de kaart gaan zetten, zorgdragen voor de verdere implementatie van de nieuwe bestuurlijke structuur en de voorbereiding en coördinatie van commissies, sectoren, bestuur en het aantal lidorganisaties van de AFNL verder uitbouwen. Daarnaast zal hij de samenwerkingsmogelijkheden met de NOA [link noa.nl] en andere samenwerkingsverbanden concretiseren, werkzaamheden verrichten voor het gezamenlijk politiek beleidsbureau St. AFNL-NOA op (bouw)economisch vlak en leiding geven aan het AFNL-secretariaat.

Kamervragen over onderzoek eerder pensioen zware beroepen

Met de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd hebben werkgevers en werknemers in de toenemende zorgen over het in goede gezondheid behalen van de pensioengerechtigde leeftijd. Daarom is door EIB onderzocht of een aparte regeling werknemers in zware beroepen in staat stelt eerdera met pensioen te gaan. Het onderzoeksrapport is door AFNL-NOA voorzitter Sharon Gesthuizen aangeboden aan de Vaste Kamercommissie.

Het EIB kwam na de studie namelijk met een duidelijke conclusie: ja, het is voor werknemers met zware beroepen reëel om eerder te stoppen met werken! Een soortgelijke regeling is zelfs in 18 andere EU-lidstaten al van toepassing. Kenmerkend voor zware beroepen is namelijk dat werknemers vaak op jonge leeftijd al beginnen met fysiek zware arbeid en daarbij het opleidingspeil en de levensverwachting relatief laag zijn. Met de verhoging van de pensioenleeftijd in de toekomst lopen werknemers daarom alleen maar meer kans om niet gezond de eindstreep te halen en voortijdig arbeidsongeschikt te worden.

EIB-rapport aangeboden aan Vaste Kamercommissie

Op 5 juli 2017 lichtte Taco van Hoek van EIB in Nieuwspoort Den Haag de conclusies uit het onderzoek toe: “Een regeling, die werknemers in een zwaar beroep in staat stelt om drie of vijf jaar eerder met werken te stoppen, is praktisch kostenneutraal te realiseren.” Sharon Gesthuizen bood het rapport na de presentatie ook direct aan de leden van de Vaste Kamercommissie aan. Tweede Kamerlid Bart van Kent heeft inmiddels kamervragen over het rapport gesteld aan Jette Klijnsma, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dit sluit aan bij een eerder initiatief van de Groen Links-fractie om te komen tot een regeling voor werknemers met zware beroepen. AFNL-NOA hoopt dat de Tweede Kamer met het EIB-rapport een goede aanzet voor een dergelijke regeling heeft aangereikt gekregen en dat het besluit tot invoering van een regeling snel kan gebeuren.

Het EIB-rapport ‘eerder stoppen met werken voor zware beroepen’ is gratis te downloaden.

Sharon Gesthuizen: 'Tijd voor nieuw kabinet dat durft te kiezen'

De politiek heeft het mkb de afgelopen jaren flink in de kou laten staan. Of het nu gaat om loondoorbetaling bij ziekte, de ‘oneerlijke concurrentie door zzp’ers, payrollbedrijven en andere arbeidsbemiddelaars’ of de reparatie van de Aanbestedingswet: alle hete aardappels zijn doorgeschoven. Hoogste tijd dat een nieuw kabinet daar iets aan doet, vindt Sharon Gesthuizen, aldus de voorzitter van stichting AFNL-NOA in Cobouw.

Lees het volledige interview op Cobouw.nl.